Mazda 6: Starten van de motor
Radiogolven van de sleutel kunnen van invloed zijn op medische apparatuur zoals pacemakers: Alvorens de sleutel te gebruiken in de nabijheid van personen die medische apparatuur gebruiken, de fabrikant van de apparatuur of uw arts vragen of de radiogolven van de sleutel van invloed zijn op de apparatuur.
- U dient de sleutel met u mee te dragen omdat in de sleutel een start-blokkeerchip is ingebouwd die op korte afstand met het motorstuursysteem moet communiceren.
- De motor kan gestart worden wanneer de startdrukknop vanuit uit, ACC of ON wordt ingedrukt.
- De functies van het startdrukknopsysteem (functie waarmee de motor gestart kan worden door enkel het meedragen van de sleutel) kunnen buiten werking gesteld worden om mogelijke nadelige invloeden op een gebruiker die een pacemaker of andere medische apparatuur draagt te voorkomen. Als het systeem buiten werking is gesteld, zult u de motor niet kunnen starten wanneer u de sleutel bij u draagt. Raadpleeg een deskundige reparateur, bij voorkeur een officiële Mazda reparateur voor bijzonderheden. Als de functies van het startdrukknopsysteem buiten werking zijn gesteld, kunt u de motor starten door het volgen van de procedure die wordt aangegeven voor wanneer de sleutelbatterij uitgeput is.
- Na het starten van een koude motor,
neemt het motortoerental toe en
wordt een gierend geluid vanuit de
motorruimte hoorbaar.
Dit is om de uitlaatgasreiniging te verbeteren en duidt niet op defecte onderdelen.
1. Zorg ervoor dat u de sleutel bij u draagt.
2. De inzittenden dienen hun veiligheidsgordels vast te maken.
3. Zorg er voor dat de handrem aangetrokken is.
4. Blijf het rempedaal stevig intrappen totdat de motor volledig gestart is.
5. (Handgeschakelde versnellingsbak) Blijf het koppelingspedaal stevig intrappen totdat de motor volledig gestart is.
(Automatische transmissie) Zet de keuzehendel in stand P (parkeren). Als u de motor moet starten wanneer de auto in beweging is, dient u de keuzehendel in stand N (neutraal) te zetten.
(Automatische transmissie) De startmotor zal niet werken als de keuzehendel niet in stand P of N staat en het rempedaal niet voldoende wordt ingetrapt.
6. Kijk of het KEY indicatielampje (groen) (indien voorzien) in de instrumentengroep en het startdrukknopindicatielampje (groen) branden.
- Als het startdrukknopindicatielampje (groen) knippert, er op letten dat u de sleutel bij u draagt (bij voertuigen met type A instrumentengroep, worden de berichten getoond in de instrumentengroep).
- Als het startdrukknopindicatielampje
(groen) knippert terwijl u de sleutel
bij u draagt, de startdrukknop met
de sleutel aanraken en de motor
starten (bij voertuigen met type
A instrumentengroep, worden de berichten
getoond in de instrumentengroep).
Zie Motorstartfunctie wanneer sleutelbatterij uitgeput is
- Onder de volgende omstandigheden
gaat na het indrukken van
de startdrukknop het KEY
waarschuwingslampje (rood)
knipperen. Dit informeert de
bestuurder dat de startdrukknop
bij indrukken vanuit de uit-stand
niet op ACC kan worden gezet
(bij voertuigen met een type
A instrumentengroep, worden berichten in de
instrumentengroep getoond).
- De sleutelbatterij is uitgeput.
- De sleutel bevindt zich buiten het werkingsbereik.
- De sleutel bevindt zich op plaatsen waar het moeilijk is voor het systeem het signaal te ontvangen.
- Er bevindt zich een sleutel van een andere fabrikant in het werkingsbereik die op de sleutel lijkt.
- (Methode van geforceerd starten
van de motor)
Als het KEY waarschuwingslampje
(rood) brandt of het
startdrukknopindicatielampje
(oranje) knippert, kan dit aangeven
dat de motor niet met gebruik van
de normale startmethode gestart kan
worden (bij voertuigen met type A
instrumentengroep,
worden de berichten getoond in
de instrumentengroep). Laat uw
auto zo spoedig mogelijk door een
deskundige reparateur, bij voorkeur
een officiële Mazda reparateur
inspecteren. In dit geval kan de
motor geforceerd gestart worden.
Houd de startdrukknop ingedrukt totdat de motor start. Voor het starten van de motor zijn overige procedures zoals het aanwezig zijn van de sleutel in de cabine en het intrappen van het koppelingspedaal (handgeschakelde versnellingsbak) of het rempedaal (automatische transmissie) vereist.
- Wanneer de motor geforceerd gestart wordt, blijft het KEY waarschuwingslampje (rood) (indien voorzien) branden en blijft het startdrukknopindicatielampje (oranje) knipperen.
- (Automatische transmissie) Wanneer de keuzehendel in de neutraalstand (N) staat, branden het KEY indicatielampje (groen) (indien voorzien) en het startdrukknopindicatielampje (groen) niet.
7. Druk op de startdrukknop nadat zowel het KEY indicatielampje (groen) (indien voorzien) in de instrumentengroep als het startdrukknopindicatielampje (groen) zijn gaan branden.
- Na het starten van de motor, gaat het startdrukknopindicatielampje (oranje) uit en schakelt het contact over naar de stand ON.
- (SKYACTIV-G 2.0, SKYACTIV-G 2.5) Na het indrukken van de startdrukknop en voordat de motor start is het werkingsgeluid van de brandstofpompmotor van nabij de brandstoftank hoorbaar, echter dit duidt niet op een defect.
(SKYACTIV-D 2.2)
- Laat bij het starten van de motor het koppelingspedaal (handgeschakelde versnellingsbak) of het rempedaal (automatische transmissie) niet los totdat het voorgloei-indicatielampje in de instrumentengroep uitgaat, na het indrukken van de startdrukknop.
- Als voor het starten van de motor het koppelingspedaal (handgeschakelde versnellingsbak) of het rempedaal (automatische transmissie) wordt losgelaten, het koppelingspedaal (handgeschakelde versnellingsbak) of het rempedaal (automatische transmissie) nogmaals intrappen en de startdrukknop indrukken om de motor te starten.
- Als u nadat de gloeibougies zijn opgewarmd het contact gedurende langere tijd in de stand ON laat staan zonder dat de motor draait, worden de gloeibougies mogelijk opnieuw opgewarmd en gaat het voorgloei-indicatielampje branden.
- De startmotor draait niet rond totdat het voorgloeiindicatielampje is uitgegaan.
8. Laat de motor na het starten ongeveer gedurende tien seconden stationair draaien (in Duitsland verboden).
- (Duitsland) Ga na het starten van de motor onmiddellijk rijden. Gebruik echter geen hoge motortoerentallen totdat de motor de normale bedrijfstemperatuur heeft bereikt.
- (SKYACTIV-G 2.0, SKYACTIV-G
2.5)
- Ongeacht of de motor warm of koud is, dient deze zonder gebruik van het gaspedaal gestart te worden.
- Zie Starten van een verzopen motor onder Starten in noodgevallen als de motor de eerste keer niet start. Laat uw auto inspecteren door een officiële Mazda reparateur als de motor nog niet start.
- (SKYACTIV-D 2.2) Als de buitentemperatuur lager is dan ongeveer - 10 ºC, kan het maximale motortoerental na het starten van de motor gedurende ongeveer drie minuten niet worden bereikt om de motor te beschermen.
- (Voertuig met handgeschakelde
versnellingsbak met i-stop functie)
Als de motor als gevolg van afslaan
is gestopt, kan deze opnieuw worden
gestart door het koppelingspedaal in
te trappen binnen 3 seconden nadat
de motor is gestopt.
De motor kan onder de volgende omstandigheden ook als het koppelingspedaal wordt ingetrapt niet opnieuw worden gestart:
- Het bestuurdersportier geopend is.
- De veiligheidsgordel van de bestuurder is niet vastgemaakt.
- Na het afslaan van de motor is het koppelingspedaal niet volledig losgelaten.
- Het koppelingspedaal wordt ingetrapt terwijl de motor niet volledig is stopgezet.
Contactschakelaar
Startdrukknop-posities Het systeem functioneert alleen wanneer de sleutel zich binnen het werkingsbereik bevindt. Telkens wanneer de startdrukknop wordt ingedrukt, schakelt het contact over in ...
Motorstartfunctie wanneer
sleutelbatterij uitgeput is
OPGELET Wanneer de motor gestart wordt door de zender boven de startdrukknop te houden als gevolg van een uitgeputte sleutelbatterij of een defecte sleutel, er voor zorgen het volgende te voork ...
Zie ook:
Mercedes-Benz C-Klasse. Belangrijke veiligheidsaanwijzingen
WAARSCHUWING
Uit de luchtroosters kan zeer hete of zeer koude lucht
stromen. Daardoor kunnen in de directe omgeving van de luchtroosters
verbrandings- of bevriezingsverschijnselen worden opgelo ...
Volvo V40. Wielen verwisselen - wielen verwijderen
U kunt de wielen vervangen door bijvoorbeeld winterwielen of een
reservewiel.
Zet een gevarendriehoek op, als u een wiel moet
verwisselen langs een drukke weg.
Zorg ervoor dat de auto en de krik ...