Mercedes-Benz C-Klasse: 12V-accu opladen

Auto's met lithium-ion-accu:

Aanwijzing

Alleen acculaders gebruiken met een begrenzing van de laadspanning op max. 14,4V.

Alle auto's behalve auto's met lithium-ion-accu:

Aanwijzing

Alleen acculaders gebruiken met een begrenzing van de laadspanning op max. 14,8 V.

WAARSCHUWING

Bij het opladen en bij de starthulp kan een explosief gasmengsel van de accu ontsnappen. Explosiegevaar!

Beslist vuur, open licht, vonkvorming en roken vermijden. Bij het opladen en bij starthulp voor voldoende ventilatie zorgen. Buig u niet over een accu.

WAARSCHUWING

Accuzuur is een agressieve stof. Er bestaat gevaar voor letsel!

Het mag niet met de huid, ogen of kleding in aanraking komen. Geen accugassen inademen. Niet over de accu buigen. Kinderen uit de buurt van de accu houden. Accuvloeistof direct grondig met veel schoon water afspoelen en zo snel mogelijk contact opnemen met een arts.

WAARSCHUWING

Een ontladen accu kan reeds bij temperaturen rond het vriespunt bevriezen. Als starthulp wordt gegeven of als de accu wordt opgeladen, kan accugas ontsnappen. Er bestaat explosiegevaar!

Een bevroren accu altijd laten ontdooien, alvorens deze op te laden of starthulp te geven.

Alle auto's:

Aanwijzing

De accu alleen opladen via het hulpstartpunt.

Het hulpstartpunt bevindt zich in de motorruimte .

- De motorkap openen.

- De oplader in dezelfde volgorde als de externe accu bij de starthulp op plusaansluiting en massapunt aansluiten . Beslist vuur en open licht vermijden. Niet over een accu buigen. In geen geval de ingebouwde accu opladen, tenzij er gebruik wordt gemaakt van een door Mercedes-Benz gecontroleerde en goedgekeurde oplader. Een speciaal aan auto's van Mercedes-Benz aangepaste, door Mercedes-Benz gecontroleerde en goedgekeurde oplader is als accessoire verkrijgbaar. Deze oplader staat het opladen in ingebouwde toestand toe. Voor informatie en beschikbaarheid contact opnemen met een Mercedes-Benz-servicewerkplaats. De handleiding van de oplader lezen voordat u de accu gaat laden.

Alle auto's behalve auto's met lithium-ion-accu: Als bij een lage temperatuur de waarschuwings- en controlelampjes in het combi-instrument niet gaan branden, is de ontladen accu met grote waarschijnlijkheid bevroren. In dit geval mag de accu niet worden opgeladen en de auto evenmin met starthulp worden gestart. De levensduur van een weer ontdooide accu kan ingekort zijn. Het startgedrag kan verslechteren, in het bijzonder bij lage temperatuur. De ontdooide accu bij een gekwalificeerde werkplaats laten controleren.

Auto's met lithium-ion-accu: Een uitgebouwde accu bij lage temperatuur niet met een oplader opladen. De accu eventueel langzaam laten opwarmen. Anders kan de levensduur korter worden en het startgedrag, in het bijzonder bij lage temperatuur, verslechteren.