Seat Leon: Motor starten en afzetten - Rijden - Bedienen - Seat Leon - InstructieboekjeSeat Leon: Motor starten en afzetten

Seat Leon / Seat Leon - Instructieboekje / Bedienen / Rijden / Motor starten en afzetten

Het contact inschakelen en de motor starten met de sleutel

Rijden

Afb. 191 Standen van de contactsleutel.

Bij dieselwagens kan het voorkomen dat de motor bij lagere temperaturen iets vertraagd start. Daarom moet u het koppelingspedaal (schakelbak) resp. rempedaal (automatische transmissie) ingetrapt houden totdat de motor aanslaat. Tijdens het voorgloeien brandt het controlelampje .

De voorgloeitijd hangt af van de koelvloeistoftemperatuur en de omgevingstemperatuur.

Als de motor al op bedrijfstemperatuur is of als de omgevingstemperatuur boven +8°C ligt, gaat het controlelampje d ca. één seconde branden. Dat betekent dat de motor onmiddellijk start.

Als de motor niet direct start, onderbreek dan het startproces en probeer opnieuw om de motor te starten na ca. 30 sec. Om de motor opnieuw te starten moet u de contactsleutel weer in stand afb. 191 1 brengen.

Start/stop-systeem*

Zodra u stopt en het start/stop-systeem* de motor afzet, blijft het contact ingeschakeld.

Automatische versnellingsbak: zorg ervoor dat het contact is uitgeschakeld en de keuzehendel in de stand P staat voordat u de wagen verlaat.

Aanwijzingen voor de bestuurder op het display van het instrumentenpaneel

Trap het koppelingspedaal in

Deze aanwijzing verschijnt, als de bestuurder bij wagens met schakelbak bij het starten van de motor het koppelingspedaal niet intrapt.

De motor kan alleen worden gestart als het koppelingspedaal wordt ingetrapt.

Trap het rempedaal in.

Deze aanwijzing verschijnt, als de bestuurder bij wagens met schakelbak bij het starten van de motor het rempedaal niet intrapt.

Kies N resp. P

Deze aanwijzing verschijnt bij het starten of stoppen van de motor als de keuzehendel van de automatische versnellingsbak niet in stand P of N staat. De motor kan enkel in die standen gestart of gestopt worden.

In stand P schakelen; de wagen kan zich verplaatsen; de portieren kunnen uitsluitend worden vergrendeld in stand P

Deze aanwijzing voor de bestuurder verschijnt om veiligheidsredenen samen met een waarschuwingssignaal, als de keuzehendel van de automatische versnellingsbak na het stoppen van de motor niet in stand P staat. Zet de keuzehendel in stand P om te voorkomen dat de wagen wegrolt.

Versnelling: keuzehendel in rijstand!

Deze aanwijzing voor de bestuurder verschijnt als bij het openen van het portier aan bestuurderszijde de keuzehendel niet in de stand P staat. Bovendien hoort u een zoemer.

Zet de keuzehendel in stand P om te voorkomen dat de wagen wegrolt.

Contact aan

De aanwijzing voor de bestuurder wordt gegeven, samen met een signaal van een zoemer, als het portier aan bestuurderszijde wordt geopend terwijl het contact is ingeschakeld.

ATTENTIE

  •  Motor nooit in afgesloten ruimtes laten draaien - gevaar voor vergiftiging!

 

VOORZICHTIG Hoge toerentallen, volgas en zware motorbelasting voorkomen, zolang de motor zijn bedrijfstemperatuur nog niet heeft bereikt - gevaar voor schade aan de motor!

 

Milieu-aanwijzing Laat de motor niet met stationair toerental warmdraaien. Direct wegrijden. Hierdoor voorkomt u onnodige uitstoot van schadelijke stoffen.

 

Let op

  • Terwijl u de contactsleutel in stand 1 draait, draait u tegelijk het stuurwiel naar beide zijden om de stuurblokkering te ontgrendelen.
  • Na het starten van een koude motor kan er korte tijd meer motorgeluid te horen zijn, omdat in de hydraulische klepspelingscompensatie eerst oliedruk moet worden opgebouwd.

    Dit is normaal en geen reden om u zorgen te maken.

  • Als de accu van de wagen is ontkoppeld en weer is aangesloten, moet u de sleutel ca. 5 sec. in stand 1 houden voordat u start.
  • Wagens met automatische versnellingsbak zonder elektronische parkeerrem, naargelang het land: als het contact is uitgeschakeld, kunt u de sleutel alleen uit het contact trekken als de keuzehendel in stand "P" (parkeervergrendeling) staat. Vervolgens blijft de keuzehendel geblokkeerd.

Motor met de contactsleutel afzetten

Motor afzetten

Stuurwiel blokkeren

Bij wagens met automatische versnellingsbak kan de sleutel alleen uit het contactslot getrokken worden als de keuzehendel in de stand P staat.

Een geblokkeerd stuurwiel maakt diefstal moeilijker.

ATTENTIE

  •  Nooit de motor afzetten voordat de wagen volledig tot stilstand is gekomen. De werking van de rembekrachtiging en de stuurbekrachtiging zijn dan niet meer volledig gegarandeerd.

    U moet dan meer kracht leveren om het stuurwiel te verdraaien of om te remmen.

    Omdat de wagen dus niet zo remt en stuurt als u gewend bent, kan dit tot ongevallen en ernstige verwondingen leiden.

  •  Trek nooit de sleutel uit het contactslot zolang de wagen in beweging is. Het stuurslot zou de stuurinrichting kunnen blokkeren en u bent dan niet meer in staat het stuurwiel te draaien - gevaar op ongelukken!
  •  Neem altijd de sleutel mee wanneer u de wagen verlaat. Dit is vooral van belang indien kinderen in de wagen blijven, want deze zouden de motor kunnen starten of elektrische uitrustingen (bijv. elektrische ruitbediening) kunnen bedienen - gevaar voor ongelukken!

 

VOORZICHTIG Nadat de motor langere tijd zwaar is belast, ontstaat warmte-ophoping in de motorruimte als de motor is uitgezet – gevaar voor schade aan de motor! Daarom de motor nog ca. 2 minuten stationair laten draaien voordat u deze uitzet.

 

Let op

  • Nadat de motor is uitgezet, kan de koelluchtventilator - ook bij uitgeschakeld contact - nog maximaal tien minuten blijven draaien. Het is ook mogelijk dat deze opnieuw inschakelt wanneer de koelvloeistoftemperatuur stijgt als gevolg van de opgehoopte warmte onder de motorruimte of dat deze warmer wordt als gevolg van een langdurige blootstelling aan zonnestraling.
  • Zodra u stopt en het start/stop-systeem* de motor afzet, blijft het contact ingeschakeld.

    Controleer of het contact is uitgeschakeld voordat u de wagen verlaat, om te voorkomen dat de accu wordt ontladen.

Startknop*

Rijden

Afb. 192 Onder in de middenconsole: startknop.

Rijden

Afb. 193 Rechts van de stuurkolom: noodstart.

De motor van de auto kan in werking gesteld worden met een startknop (Press & Drive).

Daarvoor moet er een passende autosleutel in het interieur zijn aan de stoelen vooraan of achteraan.

Door het bestuurdersportier te openen wanneer u de auto verlaat, wordt de stuurkolom elektronisch vergrendeld als het contact is uitgeschakeld.

Het contact handmatig in- of uitschakelen

Druk de startknop één keer kort in zonder daarbij het koppelings- of rempedaal in te trappen  .

Zowel in wagens met schakelbak als met automatische versnellingsbak knippert de tekst van de startknop START ENGINE STOP zoals een kloppend hart wanneer het systeem gereed is voor het in- en uitschakelen van het contact.

Contact automatisch uitschakelen

Als de bestuurder zich van de auto verwijdert met de autosleutel bij zich terwijl het contact nog is ingeschakeld, wordt het contact na enige tijd automatisch uitgeschakeld. Indien op dat moment het dimlicht brandde, zal het stadslicht blijven branden gedurende ca. 30 minuten. Het stadslicht kan worden uitgezet door de auto te blokkeren  of handmatig .

Noodstopfunctie

Als er in de wagen geen passende sleutel herkend wordt, zult u een noodstop moeten uitvoeren. Op het display van het instrumentenpaneel verschijnt er dan een waarschuwingstekst.

Dit kan bijvoorbeeld het geval zijn wanneer de batterij van de autosleutel bijna of helemaal leeg is:

Nooduitschakeling

Als de motor niet stopt door de startknop kort in te drukken, dan moet een nooduitschakeling worden uitgevoerd:

Functie om de motor weer te starten

Als er eenmaal de motor uitgezet is geen passende sleutel in de wagen aangetroffen wordt, kan de motor pas na 5 seconden weer gestart worden. Op het display van het instrumentenpaneel wordt een waarschuwing hieromtrent weergegeven.

Na die vijf seconden kan de motor niet meer zonder een passende sleutel in de wagen gestart worden.

Automatisch uitschakelen van het contact in wagens met Start-Stop

Het contact van de wagen wordt automatisch uitgeschakeld wanneer de wagen stilstaat en het automatisch afzetten van de motor actief is indien:

Indien na het automatisch uitschakelen van het contact het dimlicht brandt, blijft het stadslicht branden gedurende ca. 30 minuten (indien de accu voldoende lading heeft).

Als de bestuurder de wagen vergrendelt of het licht handmatig uitschakelt, gaat het stadslicht uit.

ATTENTIE

Iedere onbedoelde beweging van de wagen kan ernstig letsel tot gevolg hebben.

  •  Trap na het inschakelen van het contact niet op het rem- of koppelingspedaal omdat anders de motor meteen gestart kan worden.

 

ATTENTIE

Nalatig of onachtzaam gebruik van de autosleutels kan leiden tot ernstige verwondingen en ongevallen.

  •  Laat wanneer u het voertuig verlaat nooit de autosleutel in de wagen achter. Anders kunnen kinderen of onbevoegden de portieren en de achterklep vergrendelen, de motor starten of het contact inschakelen en op die manier systemen zoals de elektrische ruitbediening gebruiken.

 

Let op

  • Voordat u de wagen verlaat, moet u het contact altijd handmatig uitschakelen en eventueel rekening houden met de aanwijzingen op het scherm van het instrumentenpaneel.
  • Als de wagen lange tijd blijft stilstaan met ingeschakeld contact, kan de accu leeg raken en kan de motor mogelijk niet meer gestart worden.
  • Voor wagens met dieselmotor kan het even duren voordat de motor aanslaat als hij moet voorverwarmen.
  • Als u tijdens de STOP-fase drukt op de drukknop START ENGINE STOP , wordt het contact uitgeschakeld en knippert de knop.
  • Als de aanwijzing verschijnt op het scherm van het instrumentenpaneel "Start-stopsysteem uitgeschakeld: motor handmatig starten", zal de drukknop START ENGINE STOP knipperen.

De motor starten

Stap Motor in werking stellen met de startknop .
1. Trap het rempedaal in en houd het ingedrukt tot stap 5 uitgevoerd is.
1a. Bij wagens met handgeschakelde versnellingsbak: trap het koppelingspedaal volledig in en houd het ingetrapt totdat de motor aanslaat.
2. Zet de versnellingshendel in neutrale stand of zet de keuzehendel in stand P of N.
3. Druk de startknop afb. 192 kort in zonder het gaspedaal in te trappen. Om de motor te kunnen starten moet er een passende sleutel in de wagen aanwezig zijn.

Na het starten van de motor blijft het licht van de drukknop START ENGINE STOP permanent branden om aan te geven dat de motor gestart is.

4. Indien de motor niet begint te draaien, onderbreekt u de poging en herhaalt u het na ongeveer 1 minuut. Voer indien nodig een noodstop uit .
5. Schakel de parkeerrem uit wanneer u wilt wegrijden .

 

ATTENTIE Verlaat de wagen nooit terwijl de motor draait, vooral wanneer een versnelling of rijstand is ingeschakeld. De wagen kan plots in beweging komen of er kan iets onverwachts gebeuren, met schade, brand of ernstige letsels tot gevolg.

 

ATTENTIE

Sprays voor koud starten kunnen ontploffen of een plotselinge toerentalverhoging van de motor veroorzaken.

  •  Gebruik nooit sprays voor koud starten.

 

VOORZICHTIG

  • De startmotor of motor kan beschadigd raken indien u tijdens het rijden probeert de motor te starten of de motor meteen na het uitzetten opnieuw in werking stelt.
  • Als de motor koud is, vermijdt u hoge toerentallen, hoge belasting en plotse versnellingen.
  • Start de motor niet terwijl de wagen wordt geduwd of gesleept. Onverbrande benzine zou in de katalysator kunnen komen en deze beschadigen.

 

Let op

  • Wacht niet tot de motor warm is bij stilstaande wagen; als u een goed zicht hebt door de ruiten, begin dan onmiddellijk te rijden.

    Hierdoor bereikt de motor sneller zijn bedrijfstemperatuur en is de uitstoot van schadelijke gassen lager.

  • Bij het starten van de motor worden de belangrijkste stroomverbruikers tijdelijk uitgeschakeld.
  • Bij het koud starten van de motor kan het geluid kort toenemen. Dit is normaal en geen reden om u zorgen te maken.
  • Wanneer de buitentemperatuur lager is dan +5°C (+41°F), kan er zich bij een dieselmotor rook vormen onder de wagen als de koelvloeistofverwarmer met werking op brandstof is ingeschakeld.

Motor afzetten

Stap Motor uitzetten met de startknop .
1. De wagen volledig stilzetten  .
2. Rempedaal intrappen en ingetrapt houden tot de wagen tot stilstand is gekomen 4.
3. Indien uw wagen beschikt over automatische versnellingsbak, plaatst u de keuzehendel in stand P.
4. Schakel de elektronisch parkeerrem in .
5. Druk de startknop kort in afb. 192. De knop START ENGINE STOP knippert opnieuw.

Als de motor niet stopt, voer dan een nooduitschakeling uit .

6. Schakel in geval van een handgeschakelde versnellingsbak de 1e versnelling of de achteruitversnelling in.

 

ATTENTIE

Zet de motor nooit uit terwijl de wagen in beweging is. Dit kan leiden tot verlies van controle over de wagen, ongeval en ernstige letsels.

  •  De airbags en gordelspanners zijn buiten werking als het contact is uitgeschakeld.
  •  De rembekrachtiger werkt niet bij uitgeschakelde motor. Daarom moet u bij uitgeschakelde motor het rempedaal krachtiger intrappen om de wagen tot stilstand te brengen.
  •  De stuurbekrachtiging werkt niet bij uitgeschakelde motor. Wanneer de motor is afgezet, heeft u meer kracht nodig om te sturen.
  •  Als het contact wordt uitgeschakeld, kan de stuurkolomvergrendeling geactiveerd worden waardoor u geen controle meer hebt over de wagen.

 

VOORZICHTIG Als de motor veel belast wordt gedurende langere tijd, kan hij na het uitschakelen oververhit raken. Om motorschade te vermijden, laat u hem na het uitzetten stationair draaien gedurende ca. 2 minuten in neutrale stand.

 

Let op Na het uitzetten van de motor kan de koelluchtventilator nog enkele minuten blijven werken in de motorruimte, zelfs met uitgeschakeld contact. De koelluchtventilator gaat automatisch uit.

Functie "My Beat"

Rijden

Afb. 194 Gerelateerde video

Voor wagens met comfortsleutel is er de functie "My Beat". Deze functie biedt een bijkomende indicatie van het startsysteem van de wagen.

Bij toegang tot de wagen, bijv. door het openen van de portieren met de afstandsbediening, knippert de knop START ENGINE STOP om te wijzen op de overeenkomstige toets van het startsysteem.

Bij het in-/uitschakelen van het contact gaat het licht van de knop START ENGINE STOP knipperen.

Bij uitgeschakeld contact stopt de knop START ENGINE STOP na enkele seconden met knipperen en gaat hij uit.

Wanneer de motor is gestart, blijft het licht van de knop START ENGINE STOP vast branden om aan te geven dat de motor draait. De tijd tussen het starten van de motor met de drukknop START ENGINE STOP en de overgang van knipperen naar vast branden van de lichten hangt af van de kenmerken van de motorisering.

Wordt de motor stopgezet met de knop START ENGINE STOP , dan gaat die opnieuw knipperen.

In wagens met start-stopsysteem biedt de functie "My Beat" ook bijkomende informatie:

Rijden

...

Remmen en parkeren

Elektronische parkeerrem* Afb. 195 Onder in de middenconsole: toets van de elektronische parkeerrem. De elektronische parkeerrem vervangt de handrem. Elektronische parkeerrem inschakelen De ...

Zie ook:

Mercedes-Benz C-Klasse. Multifunctioneel display
  Rijprogramma Transmissiestand Extra snelheidsmeter Weergaveveld ...

Mazda 6. Voorruitensproeier
Voor het sproeien van sproeiervloeistof de hendel naar u toe trekken en vasthouden. OPMERKING Als de voorruitensproeier wordt gebruikt terwijl de voorruitenwissers niet zijn ingeschakel ...

Modellen: