Seat Leon: Vóór elke rit

Stoelen handmatig verstellen

Afb. 13 Voorstoelen: handmatig verstellen van de stoel.

1. Vooruit/achteruit: trek aan de hendel en verschuif de stoel.
2. Omhoog/omlaag: trek de hendel omhoog of duw deze omlaag.
3. Rugleuning schuiner zetten: draai aan het bedieningsknop.
4. Lendensteun: de knop in de betreffende stand drukken.
5. Rugleuning omlaag klappen (alleen in wagens met 3 portieren): trek aan de hendel en duw de rugleuning naar voren.

Bestuurdersstoel elektrisch verstellen*

Afb. 14 Bestuurdersstoel: elektrische verstelling van de stoel.

A Lendensteun verstellen: de toets volgens de gewenste stand indrukken.

B Stoel omhoog/omlaag: toets omhoog/ omlaag indrukken. Om de voorkant van de zitting in te stellen de knop vooraan omhoog/omlaag drukken. Om de achterkant van de zitting in te stellen de knop achteraan omhoog/omlaag drukken.

Stool vooruit/achteruit: toets naar voren/ achteren indrukken.

C Rugleuning schuiner/minder schuin: toets naar voren/achteren indrukken.

Instelling hoofdsteun

Afb. 15 Voorstoel: hoofdsteun verstellen.

• De hoofdsteun aan de zijkanten vastnemen met beide handen en tot in de gewenste stand omhoog duwen. Om de hoofdsteun te verlagen hetzelfde doen en daarbij drukken op de knop aan de zijkant 1 .

Veiligheidsgordels verstellen

Afb. 16 De slotgesp van de veiligheidsgordel aanbrengen en verwijderen.

Afb. 17 Juist verloop van de gordelband en een juiste stand van de hoofdsteun van voren en opzij gezien.

Om de veiligheidsgordel te verstellen bij de schouder, regelt u de hoogte van de stoelen.

Het schoudergedeelte goed in het midden, nooit over de hals. De veiligheidsgordel ligt vlak en strak op het bovenlichaam.

Het heupgedeelte loopt over het bekken, nooit over de buik. De veiligheidsgordel ligt vlak en strak op het bekken.

Gordelspanners

Bij een botsing worden de veiligheidsgordels van de voorste zitplaatsen automatisch strak getrokken.

De gordelspanner kan slechts eenmaal worden geactiveerd.

Instelling buitenspiegels

Afb. 18 Deel van het bestuurdersportier: bediening van de buitenspiegel.

Buitenspiegels verstellen: knop naar de gewenste stand draaien:

Door de knop naar de juiste stand te brengen, stelt u de buitenspiegel aan de zijde van de bestuurder (L, links) en aan de zijde van de bijrijder (R, rechts) in de gewenste richting in.

Naargelang de uitrusting worden de buitenspiegels verwarmd volgens de buitentemperatuur.

Spiegels inklappen.

Stuur verstellen

Afb. 19 Hendel linksonder aan de stuurkolom.

• Positie van het stuur verstellen: de hendel afb. 19 1 omlaag trekken, het stuur naar de gewenste positie bewegen en de hendel opnieuw omhoog brengen tot het sluitpunt.