Volvo V40: Airbagsysteem
Bij een frontale botsing helpt het airbagsysteem voorkomen dat u en eventuele inzittenden letsel aan hoofd en borstkas oplopen.
Airbagsysteem, van bovenaf gezien bij een auto met het stuur
links.
Airbagsysteem, van bovenaf gezien bij een auto met het stuur
rechts.
Het SRS-systeem bestaat uit airbags en sensoren.
Bij een voldoende krachtige aanrijding reageren de sensoren, waarna een of meer airbags worden opgeblazen en warm worden. De airbags vangen de klap van de aanrijding op voor de inzittende.
De airbags lopen vervolgens weer leeg.
Daarbij treedt er rookvorming in de auto op. Dit is volkomen normaal. Het totale verloop, van het opblazen tot het leeglopen van de airbag, neemt enkele tienden van een seconde in beslag.
Wanneer de airbags werden opgeblazen, adviseert Volvo u het volgende:
- Laat de auto wegslepen. Volvo adviseert u hem te laten wegslepen naar een erkende Volvo-werkplaats. Rijd niet met opgeblazen airbags.
- Volvo adviseert u het vervangen van de onderdelen van de veiligheidssystemen in de auto over te laten aan een erkende Volvowerkplaats.
- Neem altijd contact op met een arts.
WAARSCHUWING De regeleenheid van het airbagsysteem zit in de middenconsole. Als de middenconsole doorweekt geraakt is, moet u de accukabels loskoppelen. Probeer de auto niet te starten, omdat de airbags daarbij geactiveerd kunnen worden. Laat de auto wegslepen. Volvo adviseert u de te auto te laten wegslepen naar een erkende Volvo-werkplaats. |
WAARSCHUWING Rijd nooit met opgeblazen airbags. Dat kan het besturen van de auto bemoeilijken. Ook andere veiligheidssystemen kunnen beschadigd zijn. De rook en stof die bij het opblazen van de airbags worden gevormd, kunnen bij een intensieve blootstelling irritaties aan de huid en ogen/letsel veroorzaken. Bij last met koud water wassen. Het snelle opblazen kan ook, in combinatie met het materiaal van de airbag, voor wrijvings- en brandwonden op de huid zorgen. |
WAARSCHUWING Volvo adviseert u om voor
reparatie contact op te nemen met een erkende Volvo-werkplaats.
Een verkeerde ingreep in het airbagsysteem kan tot een onjuiste werking leiden met ernstig letsel als gevolg. |
N.B. De sensoren reageren verschillend,
afhankelijk van het verloop van de botsing en of er al dan niet
een veiligheidsgordel wordt gebruikt.
Geldt voor alle zitplaatsen behalve de middelste zitplaats achterin. Er kunnen dus ongelukken ontstaan als slechts één (of geen) van de airbags wordt geactiveerd. De sensoren registreren de kracht waaraan de auto bij de botsing wordt blootgesteld en passen zich hierop aan, zodat een of meer airbags worden opgeblazen. |
Gerelateerde informatie
- Airbags aan de bestuurderszijde
- Passagiersairbag
- Veiligheid - waarschuwingssymbool
Veiligheid - waarschuwingssymbool
Het waarschuwingslampje verschijnt, als er tijdens de storingsdiagnose een storing wordt geconstateerd of als het systeem geactiveerd is. Waar nodig verschijnt het waarschuwingslampje in combinatie ...
Airbags aan de bestuurderszijde
Uw auto heeft behalve de veiligheidsgordel aan de bestuurderszijde ook twee airbags . Een van de airbags zit opgevouwen in het midden van het stuurwiel. Het stuurwiel is voorzien van het op ...
Zie ook:
Mazda 6. Bekerhouder
WAARSCHUWINGGebruik tijdens het rijden de
bekerhouder dus nooit voor het
vasthouden van hete dranken:
Het is gevaarlijk wanneer een
bekerhouder tijdens het rijden voor het
vasthouden van ...
Mazda 6. DSC OFF schakelaar
Druk op de DSC OFF schakelaar om
het TCS/DSC systeem uit te schakelen.
Het DSC OFF indicatielampje in de
instrumentengroep gaat branden.
Druk nogmaals op de schakelaar om
het TCS/DSC syst ...