Mazda 6: Werking van de achteruitkijkmonitor
De werking van de achteruitkijkmonitor bij het achteruitrijden met de auto varieert afhankelijk van de verkeers- en wegsituatie en de auto. De hoeveelheid benodigde stuurbeweging en de timing varieert ook afhankelijk van de omstandigheden, dus controleer de omgeving rechtstreeks met uw ogen en stuur de auto al naargelang de situatie.
Houd goed rekening met bovenstaande voorzorgsmaatregelen alvorens de achteruitkijkmonitor te gebruiken.
Displaytype met hulplijnen voor geprojecteerd rijtraject
1. Zet de versnellingshendel (handgeschakelde versnellingsbak) of de keuzehendel (automatische transmissie) in de achteruit (R) om de display over te schakelen naar de achteruitkijkmonitordisplay.
2. Alvorens achteruit een parkeerruimte in te rijden, het stuurwiel draaien en daarbij naar de display van het geprojecteerde rijtraject kijken zodat de auto in het midden de parkeerruimte inrijdt.
3. Nadat u de parkeerruimte binnen begint te rijden, langzaam achteruit blijven rijden zodat de afstand tussen de voertuigbreedterichtlijnen en de zijkant van de parkeerruimte aan de linker- en rechterzijde nagenoeg gelijk zijn.
4. Ga verder met het bijdraaien van het stuurwiel totdat de voertuigbreedterichtlijnen parallel zijn aan de linker- en rechterzijde van de parkeerruimte.
5. Zodra de lijnen parallel staan, de wielen rechtvooruit zetten en uw auto langzaam achteruit de parkeerruimte inrijden. Blijf de omliggende ruimte van de auto controleren en breng vervolgens de auto op de best mogelijke plaats tot stilstand. (Als de parkeerruimte verdeelstrepen heeft, controleer dan of de voertuigbreedterichtlijnen ten opzichte hiervan parallel staan.)
6. Wanneer de versnellingshendel (handgeschakelde versnellingsbak) of de keuzehendel (automatische transmissie) vanuit de achteruit (R) naar een andere stand van de versnellingshendel (handgeschakelde versnellingsbak) of de keuzehendel (automatische transmissie) wordt verplaatst, keert het scherm terug naar de voorgaande display.
- In de afbeelding van de parkeerruimte (of garage) welke op het scherm wordt weergegeven, kan het lijken dat het achterste uiteinde en de afstandrichtlijnen op de monitor op één lijn zijn, terwijl deze op de grond in feite niet op één lijn zijn.
- Bij het parkeren in een ruimte die enkel aan één zijde van de parkeerruimte een verdeelstreep heeft, kan het lijken dat de verdeelstreep en de voertuigbreedterichtlijn op de monitor op één lijn zijn, alhoewel deze in feite op de grond niet op één lijn zijn.
1. Zet de versnellingshendel (handgeschakelde versnellingsbak) of de keuzehendel (automatische transmissie) in de achteruit (R) om de display over te schakelen naar de achteruitkijkmonitordisplay.
2. Controleer de omgeving rondom de auto en rijd achteruit.
3. Nadat u de parkeerruimte binnen begint te rijden, langzaam achteruit blijven rijden zodat de afstand tussen de voertuigbreedterichtlijnen en de zijkant van de parkeerruimte aan de linker- en rechterzijde nagenoeg gelijk zijn.
4. Ga verder met het bijdraaien van het stuurwiel totdat de voertuigbreedterichtlijnen parallel zijn aan de linker- en rechterzijde van de parkeerruimte.
5. Zodra de lijnen parallel staan, de wielen rechtvooruit zetten en uw auto langzaam achteruit de parkeerruimte inrijden. Blijf de omliggende ruimte van de auto controleren en breng vervolgens de auto op de best mogelijke plaats tot stilstand. (Als de parkeerruimte verdeelstrepen heeft, controleer dan of de voertuigbreedterichtlijnen ten opzichte hiervan parallel staan.)
6. Wanneer de versnellingshendel (handgeschakelde versnellingsbak) of de keuzehendel (automatische transmissie) vanuit de achteruit (R) naar een andere stand van de versnellingshendel (handgeschakelde versnellingsbak) of de keuzehendel (automatische transmissie) wordt verplaatst, keert het scherm terug naar de voorgaande display.
- In de afbeelding van de parkeerruimte (of garage) welke op het scherm wordt weergegeven, kan het lijken dat het achterste uiteinde en de afstandrichtlijnen op de monitor op één lijn zijn, terwijl deze op de grond in feite niet op één lijn zijn.
- Bij het parkeren in een ruimte die enkel aan één zijde van de parkeerruimte een verdeelstreep heeft, kan het lijken dat de verdeelstreep en de voertuigbreedterichtlijn op de monitor op één lijn zijn, alhoewel deze in feite op de grond niet op één lijn zijn.
Gebruik van de display
Displaytype met hulplijnen voor geprojecteerd rijtraject De geprojecteerd trajectbegeleidingsmodus toont het voorspelde traject van de auto na het draaien van het stuurwiel. Gebruik deze modus ...
Afwijking tussen de werkelijke wegsituatie en het weergegeven beeld
Er is een enige afwijking tussen de werkelijke wegsituatie en de weergegeven wegsituatie. Een dergelijke afwijking in het afstandsperspectief kan tot een ongeval leiden. Houd rekening met de v ...
Zie ook:
Skoda Octavia. Bergafdaalhulp
De bergafdaalhulp (hierna assistent) houdt door automatische remingrepen op
alle vier de wielen een constante snelheid aan bij het voor- en achteruitrijden
op steile hellingen.
Tijdens een ingree ...
Mazda 6. Afstelling van de beeldkwaliteit
WAARSCHUWINGStel de beeldkwaliteit van de
achteruitkijkmonitor enkel af wanneer de auto stilstaat:
De beeldkwaliteit van de achteruitkijkmonitor niet tijdens het rijden
afstellen. Afstellen ...